keessmetsers.reismee.nl

De mooiste rijstvelden van Bali.

Vandaag zijn we een week onderweg op Bali, het eiland dat lang geleden mijn hart gestolen heeft. Voor veel mensen zal het moeilijk te begrijpen zijn dat ik al bijna 40 jaar op en neer reis naar dit plekje op onze aardbol. Velen zouden het saai vinden om steeds maar terug te keren naar al die dorpjes waar ik al ontelbare malen heb rondgelopen. Ik kan het ook niet goed uitleggen waarom ik dit doe. Voor mij is Bali een stuk van mijn leven geworden en daarbij speelt de geschiedenis van dit eiland ook een rol.

Lang geleden zijn er hier op Bali dingen gebeurd die niet of nagenoeg niet in de Nederlandse geschiedenisboeken zijn opgetekend, maar wel deel uit maken van ons koloniaal verleden. Ik blijf het frappant vinden dat deze gebeurtenissen uit het verleden mij elke keer zo raken als ik er mee geconfronteerd wordt. Ik ben er van overtuigd dat mijn liefde voor de mensen op Bali daar iets te maken heeft.

Een aantal jaren geleden ben ik de dochter van Christ Oomen op Bali tegengekomen in Lovina waar zij probeert de gehandicapte kinderen op Bali een betere toekomst te geven. Marjanne heeft haar eigen carriere in Nederland opgegeven om zich te wijden aan de kinderen die haar zo nodig hebben. Haar vrijwilligerswerk heeft diepe indruk op mij gemaakt en het was voor mij de aanleiding om boeken te gaan schrijven waarvan de opbrengst gaat naar de stichting waarmee Marjanne haar ideaal probeert te verwezelijken. In een van die boeken komt Kadek voor, een jonge vrouw die in de buurt van Belimbing is geboren en die ik gisteren weer heb ontmoet. Kadek is een heel goed voorbeeld van de Balinese vrouwen die een hard leven hebben maar desondanks blijmoedig in het leven blijven staan. Kadek woont nu in Tabanan en moet elke dag op haar brommertje naar Belimbing rijden, waar ze tot 's avonds laat werkt in het restaurant van het resort waar wij nu logeren. In het donker van de nacht rijdt ze weer naar huis waar haar man en zoon op haar wachten. Het gezin heeft het net als alle gezinnen op het platteland van Bali moeilijk om rond te komen van het karige inkomen dat zij hebben. Het dagloon is hier ongeveer drie euro en daar moet alles van betaald worden. Toch blijft Kadek net als alle Balinezen een warmte en gastvrijheid uitstralen die mijn enorm aantrekt. De mensen van Bali zijn daarom voor mij de voornaamste reden waarom ik steeds blijf teruggaan naar Bali.

Ik kan mij echt kwaad maken als er mensen zijn die de Balinezen als minderwaardig of onderontwikkeld beschouwen. Wij westerlingen kunnen heel veel leren van de levensinstelling van de bewoners van Bali en de warme gastvrijheid die zij uitstralen. Ik heb heel veel respect voor hun cultuur en hun tradities. Het feit dat ze mij als Nederlander altijd weer met open armen ontvangen terwijl mijn voorouders in een recent verleden hier heel erge dingen hebben gedaan, dat maakt bij mij diep van binnen echt iets los. Als je mijn derde boek "Bali, het leven zal altijd verder gaan" leest, dan zul je begrijpen waarom.

Kadek gaat misschien vandaag met ons wandelen door de werkelijk schitterende omgeving van Belimbing. Ik weet dat dit altijd heel mooie momenten oplevert en daarom verheug ik mij er op. Samen met mijn reisgenoten ben ik gisteren wezen wandelen in het dal dat langs Cempaka Belimbing ligt. Een van de foto's die ik op deze reisblog heb gezet, laat zien hoe mooi het hier is. We wandelden langs een smal pad dat langs de rijstterassen liep en waar we de cacao aan de stammen van de bomen zagen hangen.Het pad was heel smal en je moest opletten waar je liep. Een verkeerde stap en je lag in het water. Dianne genoot zo van de mooie rijstterassen dat ze even niet oplette, en jahoor, daar lag ze in het gras. Geschaafde knieen, maar de rescuezalf uit het winkeltje van Marie Lou bracht meteen verlichting.

We wandelen verder en kwamen langs een hutje, waar we even stopten om even te kletsen met de mensen die daar zaten. Dianne en Marie Lou hadden in hun rugzak allerlei leuke dingen bij zich en die gingen ze uitdelen. Mooi om te zien hoe blij de mensen er mee waren.

Het smalle paadje liep verder door het bos met koffieplanten en ananasplanten dat aan het dal grensde. Alles groeit hier vanzelf want de grond is heel vruchtbaar. Leuk om alles wat we thuis eten en drinken hier te zien in de vrije natuur. Er was zoveel te zien dat we besloten om maar het hele dal door te lopen. De begroeing werd steeds dichter en op een gegeven moment leek het wel een jungle. Sommigen van ons hadden slippertjes aan en waren niet echt voorbereid op het gladde pad waaop we nu liepen. Na een half uurtje jwamen bij een huisje waar we aan een man de weg vroegen, want we wilden zeker zijn dat we in de goede richting liepen. Nadat hij van Dianne een shirt van het Belgische nationale elftal had gekregen liepen we weer verder. Het pad begon relarief steil te dalen en we waren blij dat het nog niet regende want anders zou het echt onbegaanbar zijn. In de verte onweerde het en dat maakte ons een beetje onzeker. We staken een beekje over waarover een boomstam een bruggetje vormde en probeerden het pad te volgen dat ons weer thuis zou moeten brengen. Langs het pad groeide "snakefruit" waarvan de stekels ons ontzag inboezemden. Het pas was intussen zo modderig geworden dat het moeilijk begaanbaar was. Links van ons stonden de stekelige struiken en rechts van ons was een modderig beekje. Daartussen probeerden we wankelend onze weg te vinden. Jahoor, wat we verwachtten, dat gebeurde ook. Met een flinke gil gleed Marie Lou uit en belandde in de modder. We waren in eerste instantie geschrokken, maar later moesten we lachen want het was ook wel een beetje komisch.

Later op de avond zou Frans het drietal "gevallenen" compleet maken toen hij even niet oplette en struikelde over gladde drempel in de tuin van ons parkje. Hij was op weg naar de "Wantilan", een gebouw dat bij ons resort hoort en waar Angela en ik ooit een onvergetelijke avond hadden beleefd toen wij daar onze verloving hadden gevierd. Frans is uit het goede hout gesneden en even later stond hij samen met ons naar het gamelanorkest te kijken dat daar met volle overgave aan het oefenen was. Het waren allemaal mensen uit het dorp en het was heel mooi om te zien en te horen hoe zij op een harmonieuze manier de kunst van de muziek beheersten. De geluiden van de gamelan dreven weg over het dal achter het gebouwtje en kwamen ook echt bij ons "binnen". Daarmee bedoel ik dat de muziek ons raakte, net als al die andere gebeurtenissen die wij de afgelopen week hier beleefd hebben. Vandaag gaan we met een fiets door de dorpjes naar de zee fietsen en morgen gaan we naar Pemuteran,, waar Dianne en Ad een "purification" ceremonie zullen meemaken. Dat zal ongetwijfeld heel apart zijn. Je hoeft op Bali niet op zoek te gaan, want Bali komt naar je toe. "Zijn" is hier genoeg...

Reacties

Reacties

Agnes

Goedemorgen (hier is het ochtend) Kees,

Een betere ambassadeur kan Bali zich niet wensen.
In ieder woord dat je schrijft is jouw liefde voor het eiland en de bewoners voelbaar. En, met zoveel respect en liefde kan THUISKOMEN nooit saai zijn.
Het is toch mooi en bijzonder om een vader- en een moederland als thuishaven te hebben.

Geniet ze verder,

Agnes.

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!